Een gezellige menigte dwaalt door het jubelpark. Het regent. De meegekomen supporters schuilen onder de beschutting van het militair museum. Marleen is ook vroeg mee uit de veren om me tot de laatste minuut voor de wedstrijd te verwarmen. Daarna zal de Hot Spray die ik van Koen mocht lenen dit overnemen. Die heeft tijdens de vroege zondagtrainingen haar dienst al bewezen. Dit maal smeer ik ook armen en borst maar in.
De deelnemers warmen zich in en rond het park op. Het is slechts een half uurtje voor de start. Het dringt plots tot me door dat het zo dadelijk werkelijk gaat beginnen. Het is mijn derde marathon, de derde in Brussel. Ik heb 8 weken hard getraind om de klus in 3 u 00’ te klaren. Slechts de laatste 5 min ga ik helemaal vooraan in het allereerste startvak staan. Marleen neemt mijn jas nog aan. De rest van de tijd is het springen en bibberen.
De atleten zijn volledig geconcentreerd. Knal. De chrono’s worden gestart. 9 u 00. We zijn vertrokken. De eerste jongens gaan er onmiddellijk van door. Ze verdwijnen snel uit het zicht. Ik nestel me in een tweede groep. De benen doen het fantastisch. In een lichte bergaf wordt de eerste kilometer in 3’18’’ afgelegd. Wow, dit tempo zal wel wat bijgesteld moeten worden. De Wetstraat is volledig leeg. De groep rekt stilaan uit elkaar. Het regent nog zacht. De laatste regenjassen en plastic zakken worden toch weggeworpen. Niet meer nodig. Iedereen is warm gelopen en gaat op zoek naar het juiste ritme voor het eerste halve wedstrijdgedeelte. We draaien het Koninklijk Paleis achterdoor. Ik vermoed dat dit parcours gelijk loopt met de 20 km van Brussel ? In de Louizalaan is het tunneltjes lopen. Kort en krachtig. Volgens het hoogteprofiel van de wedstrijd worden hier zelfs de eerste kilometers geklommen. Dit kan ik me zelfs niet herinneren.
In het Terkamerenbos wordt een extra lusje gelopen. Na 10 km in 39’58’’ heb ik al enige tijd gezelschap. “You go for 2 u 50’?” , vraag ik hem. Een optimistische schatting, denk ik. “I hope faster”, zegt hij. Meer woorden worden niet gesproken in de wedstrijd. Iets later neemt hij inderdaad de benen. Mijn vriend uit Riga (Letland) eindigt in een mooie 2 u 50’.
18 km , de splitsing ½ – hele Marathon. Het echte klimwerk begint. Het tempo moet zakken. Na lange kilometers solo lopen kan ik nog eens eentje inhalen. De Tervuurselaan en Tervuursesteenweg brengt ons samen naar de boog van de halve wedstrijd. 1 u 25’. Bij de bevoorrading wordt ons al lachend de spons aangeboden. “Un peu de rafraichissement?” Niet nodig. Het regent nog steeds.
Richting Tervuren sluit ik aan bij een loper die ons passeert. We gaan met 2 het dorp in. Links en rechts ontvangen we enkele aanmoedigingen. In het mooie centrum van Tervuren speelt een groepje afrikanen muziek. Moedig. Hun enige publiek echter zijn de marathonlopers. Het gaat verder in het schitterende park van Tervuren. Dit jaar zie ik voor het eerst het monumentale Afrika museum. Bij de 28ste km loop ik al enkele kilometers alleen. Bij elke kilometer wordt de snelheid geklokt en wordt de prognose voor de eindtijd berekend.
De vermoeidheid wordt voelbaar. Bij het verlaten van het park worden we getrakteerd op een kort, maar wel het steilste klimmetje van het parcours. Ik schakel terug naar 4×4 tempo. Hier mag ik de kuiten nog niet verbranden.
Bij de 30 km passeer ik de mat voor de tijdsopname in 2 u 02’. Wanneer er niets mis gaat, ligt de 3 u 00’ wel in het bereik. Op de terugweg in de Tervurenlaan, een lange rechte viervaksbaan, begint een van de lange gevreesde beklimmingen. Tot overmaat van ramp begint het nog even door te regenen en staat de wind strak tegen. Het kopje gaat naar beneden hangen. Ik denk terug aan de uitgeregende zondagmorgentraining samen met vader. Hij begeleidde me elke week per fiets op de lange duurlopen. Hij gaf nauwgezet de kilometers en tempo aan en zorgde voor de bevoorrading. Weer of geen weer. Nu sta ik er alleen voor. Ik weet dat mijn tempo zakt. De kuiten worden pijnlijker. Na de lange beklimming lijkt de afdaling een zegen. Niets is minder waar. Ook bergaf gaat het nu moeilijk en pijnlijk. Er is extra concentratie nodig om het evenwicht te bewaren. Je moet je snelheid onder controle houden en je vooral niet vergalopperen.
Het hoofdrekenen bij de kilometeraanduidingen is stil gevallen. Ik vergeet zelfs op de chrono te kijken. Het verbeteren van een P.R. hoeft al niet meer. Zonder denken niet onder de 12 km/u zakken. Hopen dat je gespaard blijft van blessures, geen krampen bij het klimmen, niet door de knieën gaan bij het afdalen.
Na lange eenzame kilometers sluiten rond de 36ste km de ½ marathonlopers aan. Vreemd gevoel om tussen al die frisse jongens te lopen. Waarschijnlijk merken ze aan mijn looppas en adem dat ik al enkele kilometers meer op de teller heb staan. Wanneer ze me passeren moedigen ze me sportief aan: “Courrage!” “Goed bezig!”
Een versnelling is er niet meer bij. Zelfs niet de laatste kilometer. De laatste bochten over de kasseien van de binnenstad worden genomen. In de laatste rechte lijn zie ik Marleen al tussen het publiek. We hadden afgesproken bij de aankomst rond 12 u 00. Net op tijd. Glunder !
Willy Van Wallendael
Resultaten
1401 Willy Van Wallendael – 2 u 55 min 27 sec.